Lia van Vugt laat beeldhouwwerk zien in een veelvoud van materialen en dit vergt een brede toepassing van technieken in haar werken. Al te snel zou een dergelijke veelzijdige aanpak kunnen leiden tot oppervlakkigheid, maar Van Vugt richt zich op de eerste plaats op de vorm. In haar torsen, zowel de sterk figuratieve alsmede de vergaand abstracte, zoekt ze lijnen en verhoudingen tussen volumes. Die klassieke beeldhouwwaarden kun je natuurlijk visualiseren met behulp van ieder denkbaar materiaal. Hardsteen, hout, glas, aluminium en brons; we kunnen het allemaal vinden op deze solopresentatie. Gezien vanuit het esthetische ideaal van de ideale proportionele verhouding en het bejubelen van schoonheid van het menselijk lichaam, is de samenhang van de tentoonstelling bevredigend. Opvallend weerbarstig en daardoor extra aantrekkelijk zijn de houten beelden van Van Vugt. Ruw gezaagde en met pigmenten bewerkte houtblokken in een stapeling die refereert aan het lichaam. Juist het spontane karakter van de constructies, de aanwezigheid van de ruwe zaagsneden en de vastgeschroefde en gelijmde toevoegingen, verhelderen de doelstellingen van de beeldhouwster aanmerkelijk. Uit: De Gelderlander, auteur: A. de Ridder |